Het eenzaamste meisje van de klas

Als peuter bladerde ik door (kinder)boeken vol plaatjes van angstig kijkende mensen die door hemels vuur werden getroffen. Hadden ze maar naar Jehovah God moeten luisteren, luidde de boodschap.

Mijn obsessie voor de dood begon op zeer jonge leeftijd. En dat is wellicht ook niet gek, want alles wat ik deed, zei of zelfs dacht kon wel eens fatale gevolgen hebben, is mij sinds mijn eerste adem verteld.

Naast de kleurrijke plaatjes van dood en verderf, werd ik er ook continu aan herinnerd dat mijn leven slechts één doel diende: Jehovah en zijn organisatie dienen en verkondigen dat God van plan is om miljarden ‘slechte’ mensen te vermoorden.

Terwijl mijn leeftijdsgenootjes zorgeloos buiten speelden, zat ik in de Koninkrijkszaal. De plek waar ik 5 vergaderingen per week te horen kreeg wat ik moest doen om deze Armageddon, die elk moment kon losbarsten, te overleven.

De JW-organisatie en mijn ouders gehoorzamen, vriendschappen met ‘wereldse’ mensen vermijden, onderdanig zijn aan mannen, niet liegen, geen Kerst vieren (of Sinterklaas, Halloween, je verjaardag, Moederdag, Vaderdag, Valentijnsdag, Pasen, etc.), niet proosten of “gezondheid” zeggen als iemand niest, geen bloedtransfusie (ook al heb je die nodig om te overleven), geen seks voor het huwelijk, alleen trouwen met andere JW’s, alleen trouwen met iemand van het andere geslacht, niet masturberen.

En ik kan nog wel even doorgaan. Het volgen van al deze regels was een zware last op mijn nog jonge schouders, maar een keuze had ik niet echt. Want één fout was genoeg om alles, maar dan ook echt alles wat ik liefhad kwijt te raken. Mijn vrienden, mijn familie én de hoop op een eeuwig leven in een paradijs op aarde.

Het is lastig om aan anderen uit te leggen hoe dat is, opgroeien als Jehovah’s Getuige. Ik merk bij mezelf dat ik lang niet alles vertel, omdat ik aan reacties merk dat het een ongelofelijke ver-van-hun-bed-show is. Zo erg kan het allemaal toch niet zijn, zeker niet in Nederland, zie ik ze soms wantrouwend denken. “De Jehova’s, dat zijn toch die altijd aardige en nette mensen die in het weekend wel eens voor je deur staan? Ja heel vervelend natuurlijk, maar ze doen volgens mij geen vlieg kwaad.”

Daarom was ik zo blij met de laatste uitzending van Het Mooiste Meisje van de Klas, uitgezonden door de NPO. Hierin vertelt knappe dame Verona (54) hoe ze als 16-jarig meisje haar verstikkende JW-wereld ontvlucht en de wijde wereld intrekt. En de laatste woorden van haar ouders? “Als je weggaat, ben je dood voor God en dus dood voor ons.”

Nederland reageert uitermate geschokt, blijkt uit de vele reacties op Twitter. “Welke ouder doet nu zoiets”, lijkt de strekking te zijn. Ondertussen herken ik alles wat ze zegt. Van het nergens aan mee mogen doen (ik was dan niet het mooiste, maar zeker het eenzaamste meisje in mijn klas) tot afscheid moeten nemen van de enige vrienden die ik tot dan toe gekend heb.

En ik denk aan de alleen al tientallen jongeren uit mijn éigen jeugd die hetzelfde lot als Verona ondergingen. Ook zij verloren hun ouders, broers, zussen, ooms, tantes, opa’s en oma’s. En ik denk aan de continue angst die ik zelf als peuter, kleuter, kind, adolescent én volwassene voelde (en nog steeds voel) om ook mijn familie soortgelijke woorden te horen zeggen.

1,4 miljoen Nederlanders keken naar de uitzending over een bijzondere, sterke vrouw die haar ouders al meer dan drie decennia niet heeft gezien of gesproken. Hopelijk denken ál deze mensen bij een volgende ontmoeting met een ‘Jehova’ na over Verona’s verhaal, dat gelukkig een goede afloop kent. En durven ze kritische vragen te stellen, en vraagtekens te zetten bij de zogenaamde goede intenties van deze ‘aardige, nette’ mensen.

Oh, en als ze dan toch aan de deur zijn, vraag ze dan ook even gelijk naar het kindermisbruikschandaal dat door hun genootschap in de doofpot wordt gestopt. Ik ben je eeuwig dankbaar! En jij mij wellicht ook, want ze komen na dat gesprek waarschijnlijk niet snel meer terug.

Plaats een reactie